gulsahdogan.reismee.nl

dag voor aankomst crew

Develi

Misschien moest er na 2 weken blijdschap wel even een dip komen, ik weet het niet. Maar jee, wat zit ik nu op een depressieve plek. Vanochtend werd ik om 5 uur (enige mogelijkheid van het dorp naar de stad te komen!) opgehaald door een dolmusbusje in het dorp en naar Develi gereden. Ik wilde een dag eerder dan de ploeg daar zijn om voorbereidingen te treffen; vast inchecken en de kamers uitzoeken, boodschappen doen, telefoneren en internetten (al moet ik zeggen dat ik goed ben afgekickt, ook best fijn even zonder), de vanaf morgen gehuurde auto nog eens confirmeren en op zoek naar goede eetgelegenheden enzovoorts…

Ik kwam iets na 6 uur in de ochtend aan. De sfeer was meteen al niet. Stoffig, chagrijnig kijkende mannen en bijna geen vrouwen op straat. Die zijn vast gevlucht voor al die hongerige mannen denk ik al snel. Echt ogen overal. Het hotel waar ik 4 kamers heb gereserveerd ligt naast een enorme moskee dus dat wordt vast heel vroeg wakker worden elke dag. Ik bekijk de kamers en wil eigenlijk liever rechtsomkeert maken. Maar ja, waar naartoe? Als ik een hotel in Kayseri zou nemen zouden we elke dag 2 uur heen en 2 uur terug moeten reizen naar het dorp om te filmen. En dit is 1 van de 2 hotels in Develi en ik kan van de andere maar geen gegevens vinden.

Dus ik sta in een oubollige kamer met bruine dekens en bruinig tapijt waarvan ik het niet kan laten ranzige gedachtes over te hebben –hoeveel mensen met voetschimmel moeten hier wel niet hebben gelopen- en kijk rond. De douchecabine waar ook het toilet in zit is heel vreemd opgehoogd. Ik kijk goed maar ontdek geen stof. Ze poetsen dus wel gelukkig. Ik vertel mijzelf dat het qua hygiëne best meevalt hier en dat is toch het belangrijkst. Dan zie ik ineens die enge bruine grote mannen badslippers bij het bad en de stoffige mannen sloffen onder het bed en dan krijg ik de slappe lach. Jeeee… zelfs de hotelkamers zijn ingericht voor alleen mannen. Ik denk dat dat geldt voor alles in Develi. Vrouwen bestaan hier niet of zo…

Sükrü amca (bij wie ik al een hele tijd thuis logeer in het dorpje Alayli) is meegegaan om me in te checken want hij moet toch naar Kayseri en dat moet via Develi. Hij kent de eigenaar van het hotel goed omdat ze vroeger eens buren waren. Het is nog zo vroeg dus ook amca moet tijd doden voor hij de bus naar Kayseri pakt. We gaan een kop thee drinken aan de overkant in een soort mini-parkje. Mensen zitten buiten aan kleine tafeltjes in het ochtendzonnetje. Sorry, MANNEN zitten aan de tafeltjes in het ochtendzonnetje. Vrouwen, nee die hebben geen vitamine D nodig of gezelligheid. Voor hen is binnen een ruimte die ze ‘de ruimte voor gezinnen’ noemen. De vanzelfsprekendheid waarmee de 2 mannen in de bediening Sükrü amca en mij naar binnen begeleiden irriteert me zo erg dat alles in mij protesteert. Ik zet eerst nog een paar stappen richting binnen maar sta stil in de deurpost. Ik blokkeer gewoon. Sükrü amca kijkt me verbaasd aan. Die jongen nog vreemder. Ik zeg dat ik niet binnen wil zitten als het buiten stralend weer is. De jongen zegt dat dat nu eenmaal de plek voor gezinnen is. Ik zeg dat ik dan wel in het parkje ga zitten. Sükrü amca zegt lief zoals bij bijna alles wat ik opper: ‘wat jij wil’. Dan wordt buiten toch ineens snel een tafeltje klaargemaakt (nu kan het ineens wel). Daar zit ik dan als enige vrouw op het terras. De thee van Sükrü amca laat hij voor de helft staan en zegt:’Kafama cekicle vursan bundan iyi’. (“Je kan me beter met een hamer op mijn hoofd rammen dan me deze thee te laten drinken”.) Mijn Nescafé is nog erger dan zijn thee. Maar ik zit buiten in het zonnetje en voel me opgetogen.

Nadat hij de bus pakt om 8 uur probeer ik even te slapen maar mijn kamer grenst aan een drukke weg en aangezien in Turkije auto’s echt constant toeteren kan ik niet slapen. Dus ga ik op onderzoek uit; er moeten vast wel leuke plekjes te vinden zijn in Develi waar we na draaidagen straks even kunnen bijkomen. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Na veel rondvraag en rondlopen vind ik 3 leuke eettentjes waar we de 7 dagen dat Diego en Peter er zullen zijn, kunnen eten. Op de vraag of het mogelijk is iets vegetarisch te laten bereiden ook al staat het niet op de kaart, krijg ik het vriendelijke antwoord: ja natuurlijk, we hebben kip! Nee, kip eet hij ook niet. Vis dan? Nee. Echt geen kip? Ook niet als ze het extra lekker klaarmaken? Nee, echt niet. Dan verzinnen ze wel wat. Fijn.

Die avond ergens op een terras zitten werken zit er niet in. ’s Avonds zit ik veel te vroeg in mijn bruine kamer te bedenken wat me het meest stoort aan Develi. Het is niet (alleen) de verstoorde man vrouw verhouding op straat maar het zijn vooral de sombere gezichten van mensen op straat. Bijna niemand lacht, verveelde gezichten, een uitzichtloze sfeer.

Misschien ben ik verwend door de fijne sfeer in de dorpjes waar de mensen ondanks keihard werken en armoede ook veel humor hebben. Waar de mensen je hartelijk benaderen, nieuwsgierig zijn en gastvrij. Waar ze zingen tijdens hard werk en grapjes maken tijdens het eten. Ik weet het niet. Ik weet wel zeker dat dit niet mijn plek is.

Die avond komt mijn oma ook aan in het hotel. De volgende ochtend staan we vroeg op om de laatste voorbereidingen te treffen. Een wegenkaart heb ik nog steeds niet kunnen vinden. De taxichauffeur die me al een paar keer heeft rondgereden gaat het voor me regelen zegt hij. Oma en ik gaan ontbijten op de plek waar de mannen buiten en de vrouwen binnen zitten. Dit keer krijgen we vrij rap een tafeltje buiten. We zijn de enige vrouwen op het terras EN in het aangrenzende park. Ik ben vooral aan de telefoon omdat ik afspraken probeer te plannen voor de draaidagen. Dan landt er ineens een klein vogeltje in mijn haar. Echt waar! Dit moet een teken van geluk zijn...

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!